Columns

Pietje is een jongen!

Pietje is een jongen!

Het is een normale schooldag. Pietje zit in de klas en de les gaat over Aardrijkskunde. De meester is van alles aan het vertellen maar Pietje let niet op. Zijn vriendinnetje Marlies zit achter hem en maakt hem vreselijk aan het lachen. Ze zegt allemaal gekke dingen en als Pietje over zijn schouder kijkt ziet hij haar allemaal rare gezichten trekken. Pietje zit te schuddebuiken van het lachen. Zijn gezicht is helemaal rood aan gelopen. Achter hem hoort hij gegiechel en geproest want Marlies heeft ook de slappe lach. Pietje probeert uit alle macht zijn lachen in te houden maar telkens als hij Marlies hoort hinniken, schiet hij weer in een lachstuip. “Jeetje, wat is het toch warm in de klas”. De andere kinderen letten wel goed op wat de meester allemaal te vertellen heeft. Pietje en Marlies hebben alleen zoveel pret samen dat ze van de les niets mee krijgen. Dat school zo grappig kan zijn!

De meester heeft al een paar keer heel boos opgekeken en vindt het gelach van beiden duidelijk minder leuk. Pietje graaft zijn gezicht in zijn boeken om maar niet te laten zien dat hij zo moet lachen. Plotseling hoort hij een harde knal achterin de klas. Iedereen kijkt verschrikt op en ook Pietje en Marlies zijn plotseling stil van schrik. De meester heeft een krijtje naar het hoofd van Pietje gegooid die met een harde plof achterin de klas tegen de muur kapot is gesprongen. De meester slaat ook nog eens keihard met zijn vuist op de tafel. Iedereen kijkt naar Pietje en de meester zijn hoofd loopt paars aan. Hij is woedend!

“Nu is het afgelopen!” schreeuwt hij. “Meisje van Withaar jij gaat nu uit de klas om op de gang af te koelen!”. “Meisje?” denkt Pietje verbaast. “Ik ben toch geen meisje, ik ben een jongen”. Het huilen, staat Pietje nader dan het lachen. Wie zegt zoiets nou? Hij schaamt zich rot. Alle kinderen moeten lachen. “Haha, Pietje is een meisje”, zegt een van de leerlingen. Pietje zijn ogen lopen vol tranen maar hij probeert ze uit alle macht binnen te houden. “Straks denken ze helemaal dat ik een meisje ben, als ik ook nog ga huilen”. Pietje sluit de klasdeur achter zich en schuifelt de gang op. Als hij daar eenmaal aan is gekomen biggelen de tranen over zijn lieve ronde wangen. Waarom zei de meester dat nou? Net was alles nog zou leuk en nu zegt de meester zoiets akeligs. Dat had hij nooit mogen doen. Misschien had Pietje niet zo hard moeten lachen maar dat is nog geen reden om een jongen een meisje te noemen.

Het is heel belangrijk om in het leven plezier te maken. Eigenlijk had de meester zelf op de gang gemoeten om af te koelen. Het kost Pietje best wat moeite om weer een beetje bij te komen. Hij is erg geschrokken van wat de meester tegen hem heeft gezegd. Pietje houdt heel erg van lol maken. Het is niet nodig om iemand die erg moet lachen een meisje te noemen terwijl Pietje een jongen is. “Dat is niet eerlijk meester!”. Pietje denkt dat de meester zelf wat meer moet gaan lachen en plezier zou moeten maken. Dan zou hij dit soort lelijke dingen waarschijnlijk nooit meer zeggen! “Meisje van Withaar”…ik ben mijn zusje toch niet?